De cliënt van mr. X kocht een woning maar kreeg vóór de levering een geschil met de verkopers. Op een gegeven moment stuurt mr. X de advocaat van de wederpartij een mail met ontbinding van de koopovereenkomst en sommatie aan zijn cliënten voor de boete van € 55.000.
Als mr. X zestien dagen later nog niks gehoord heeft, stuurt ze per e-mail een brief waarin ze incassomaatregelen aankondigt. Die mail gaat in cc ook naar de wederpartijen zélf, met een beroep op de uitzondering in lid 2 van gedragsregel 25: rechtstreekse benadering mag, als dat voor een ‘aanzegging met rechtsgevolg’ noodzakelijk is.
Ter kennisname
De verkopers klagen bij de raad van discipline Arnhem-Leeuwarden dat mr. X met die laatste mail gedragsregel 25 heeft overtreden, met het kennelijke uitsluitende doel om hen onder druk te zetten.
Tijdens de zitting erkent mr. X dat haar beroep op lid 2 niet opgaat. Toch valt haar niets te verwijten, zegt ze, omdat ze de mail niet ‘rechtstreeks’ maar slechts in cc ter kennisname heeft gestuurd. Ze wilde zeker weten dat haar bericht de verkopers snel zou bereiken, en het contact met de advocaat was zo moeizaam. Misschien zouden de verkopers na lezing alsnog bereid zijn om te schikken en dat zou in ieders belang zijn, aldus mr. X.
Filterfunctie
De raad van discipline gaat er niet in mee. Ook een in cc verstuurde mail geldt als rechtstreeks aan de wederpartij verstuurd bericht. Door dit te doen heeft mr. X de ‘filterfunctie’ van de advocaat miskend. Het feit dat de advocaat van de wederpartij zelf zijn cliënten op zijn berichten inkopieert maakt dat niet anders. Die berichten zijn immers van een andere orde, aldus de raad.
Moeizame relatie of niet, mr. X had de gedragsregels moeten naleven. De klacht is dus gegrond, maar een maatregel blijft uit, vanwege haar blanco tuchtrechtelijk verleden en omdat ze inkeer toonde en klagers excuses aanbood.
Persoonlijk
De vraag blijft: in welke gevallen moet een aanzegging per se persoonlijk gebeuren? In de praktijk wordt er vooral vergeefs een beroep op gedaan. Kan die uitzondering in de gedragsregels niet beter worden geschrapt of aangepast? Te meer daar het Hof van Discipline de persoonlijke aanzegging slechts als mogelijk voorbeeld noemde van een ‘rechtens aanvaardbare reden’ om van de regel af te wijken.