Minister Weerwind wil een Onafhankelijk Toezichthouder Advocatuur (OTA) in het leven roepen. De OTA wordt weliswaar onderdeel van de NOvA, maar mag zelfstandig beslissen over beleid, financiering en werving. Het bestuur komt in meerderheid te bestaan uit niet-advocaten.
De Tweede Kamer is het in algemene zin eens met deze aanpak, bleek woensdag tijdens een debat. Alleen de PVV stelt dat recente kwesties rondom Roethof en Kasem aantonen dat het toezicht binnen de beroepsgroep gelijk staat aan ‘vriendjespolitiek’ en dat de OTA helemaal los van de NOvA moet komen te staan.
Knip
Weerwind maakt in zijn plannen onderscheid tussen pro-actief toezicht en klachtbehandeling. Het eerste hoort volgens hem thuis bij de OTA, de laatste wil hij onderbrengen bij de lokale dekens. Met name VVD’er Ellian en – in mindere mate – D66’er Sneller zijn bang dat die knip in de praktijk ondoenlijk blijkt te zijn. Volgens Ellian vormt het tuchtrecht een essentieel onderdeel van het toezicht en zijn de twee elementen niet van elkaar te scheiden. PvdA’er Mutluer zei ook bang te zijn dat er ruis ontstaat tussen lokale dekens en de OTA.
Demissionair minister Weerwind (D66) houdt echter vast aan zijn voornemen. Hij zegt dat deskundigen hem hebben verzekerd dat het wel mogelijk is toezicht en klachtbehandeling te scheiden. Hij wijst er bovendien op dat er straks één centraal landelijk meldpunt komt bij de OTA waar alle klachten en signalen binnenkomen. Daar wordt vervolgens besloten welke zaken naar de dekens gaan en wat bij de OTA blijft.
Weerwind zei de Kamer woensdag toe al zijn argumenten nog eens schriftelijk uiteen te zetten. Daarna volgt een nieuw debat.
Amsterdamse deken
In het Kamerdebat wond Ellian zich op over de handelwijze van de Amsterdamse deken Barbara Rumora-Scheltema. Het VVD-Kamerlid vindt dat de deken een aanval op de persvrijheid heeft gedaan door zich te voegen in het kort geding over de AD-publicatie naar aanleiding van de geheime geluidsopnames van Peter R. de Vries. Ellian noemde het ‘een rechtens onjuist standpunt dat er nooit uit een geheimhoudersgesprek gepubliceerd zou mogen worden’.
Minister Weerwind weigerde zich ondanks herhaald aandringen uit te spreken over de kwestie. Hij zei wel dat het dekenonderzoek naar Kasem hem sterkte in de opvatting snel een scheiding door te voeren tussen toezicht en klachtbehandeling.