Het is een favoriet voorbeeld van Richard Susskind, auteur van boeken als The end of Lawyers. Hij houdt juristen voor dat hun cliënten geen advocaat zoeken, maar een oplossing. Krijgen ze die op een andere manier sneller, goedkoper of klantvriendelijker, dan zijn ze weg.
Susskinds voorbeeld wordt heel reëel als we kijken naar de opmars van juridische AI-oplossingen. De tijd dat juridische kennis voorbehouden was aan advocaten ligt ver achter ons. De tijd dat cliënten automatisch naar een advocaat gingen voor een advies of oplossing, ook. Wat AI-tools al kunnen bieden, is gigantisch, al is een veelgehoorde pavlovreactie ‘dat er altijd behoefte zal blijven aan menselijk contact’.
Het punt is dat het totaal onbelangrijk is hoe goed en onmisbaar juristen zichzelf vinden.
Het is belangrijk wat de cliënt vindt. En die heeft er vaak helemaal geen moeite mee om de oplossing online te zoeken. Als hij zich ziek voelt, googelt hij immers ook de symptomen (en mogelijke oplossingen) op Thuisarts.nl, al vinden veel huisartsen dat onverantwoord.
Het is dus zaak te onderkennen dat AI juridische taken helemaal kan overnemen en de cliënt oplossingen kan bieden die sneller, toegankelijker en goedkoper zijn. En niet per definitie slechter. De NOvA moet dat onderkennen, experts rond de tafel halen die (zonder commercieel belang) hun visie geven op de gevolgen van de AI-opmars voor de juridische praktijkuitoefening en opleiding en richtlijnen geven voor het gebruik van AI (zie ter inspiratie het rapport van de New Yorkse balie op Legal Profession Impact – Ethics (nysba.org). En we moeten de inconvenient truth onder ogen zien dat een jurist soms onmisbaar is en soms ook niet.