Voor mediation in strafzaken (MiS) bestaat er sinds 2017 een landelijke regeling (voorziening). Sindsdien is er in 7.905 zaken ofwel door de officier van justitie ofwel de rechter verwezen naar mediation in strafzaken. In 1.431 van die zaken ging het om een jeugdige verdachte. Mediation in strafzaken wordt zowel in zaken in eerste aanleg als in hoger beroep toegepast. Van alle verwijzingen naar mediation binnen de rechtspraak in de periode 2017-2022 ging 42 procent over mediation in strafzaken. Daarmee is dat wel de grootste zaakstroom.
Dat er weinig gebruik wordt gemaakt van de voorziening heeft volgens de onderzoekers niet met de regeling zelf te maken. Professionals oordelen grotendeels positief over de ontwikkelde werkwijzen voor toepassing van mediation in de strafrechtpraktijk. Wel wordt de toepassing beperkt en onvoldoende benut door de wijze van selectie van zaken en door knelpunten bij de inpassing in het reguliere strafproces, schrijft het WODC.
Ondervraagde officieren van justitie, rechters, advocaten en ketenpartners geven aan dat ze zaken waarbij het slachtoffer en de verdachte elkaar kennen en verkeerszaken het meest geschikt vinden voor mediation. Bij zwaardere zaken en zaken waarbij slachtoffer en verdachte elkaar niet kennen, ervaren verwijzers een hogere drempel om het slachtoffer te benaderen. Terughoudendheid om te verwijzen is daarmee een oorzaak van de beperkte inzet van mediation in strafzaken. Daarnaast worstelen officieren en rechters met het inpassen van het mediationtraject in hun eigen werkprocessen.
Recht van slachtoffers en verdachten
Om ervoor te zorgen dat mediation in meer zaken wordt ingezet wanneer dit passend is, pleit het WODC er voor om het onderzoeken van mediation in strafzaken te zien als recht van slachtoffers en verdachten in het strafproces. Om dat te bereiken moet oneigenlijke selectiviteit in het verwijsproces worden tegengegaan en moet de rol van de mediationbureaus worden versterkt.
Verder is er een sterkere organisatorische inbedding van mediation in strafzaken in het strafproces nodig door intensievere betrokkenheid van ketenpartners en advocaten bij het mediationtraject. Verder moeten knelpunten in voorlichting en communicatie worden aangepakt. Maak duidelijk dat mediation in strafzaken niet in plaats komt van strafrechtelijke afdoening, maar tegemoet kan komen aan behoeften van slachtoffers én verdachten, aldus de onderzoekers.