Mr. X treedt op voor een vrouw bij het opstellen van een ouderschapsplan. De ex van de vrouw heeft geen advocaat en wil rechtstreeks met mr. X en haar cliënte communiceren. De cliënte wil echter niet met de man aan tafel.
Mr. X raadt de ex wel vier of vijf keer aan om een advocaat te nemen zodat ook zijn belangen worden behartigd en een gesprek met zijn vieren mogelijk is, maar de man blijft erbij dat dit niet nodig is. Intussen stuurt hij de cliënte wel berichten, die zij als vervelend ervaart.
Uiteindelijk stuurt mr. X per e-mail een concept-ouderschapsplan naar de man, die het met voorgestelde wijzigingen terugstuurt – plus het verzoek om daarover met mr. X en haar cliënte verder te praten.
Omdat de vrouw zich onder druk gezet voelt door haar ex, stelt mr. X voor de ouderschapskwestie maar bij de familierechter neer te leggen – aldus geschiedt.
De raad van discipline Amsterdam vindt het star van mr. X dat ze maar bleef aandringen dat de ex een advocaat moest nemen. Ze leek daarmee haar eigen opvatting (en niet noodzakelijkerwijs die van haar cliënte) te hebben gevolgd, en had zodoende de boel onnodig gejuridiseerd. Volgens de raad had mr. X niet gewaakt voor onnodige polarisatie, zoals in familiezaken verplicht is. Zij had in een driegesprek zo nodig als buffer voor haar cliënte kunnen optreden.
Mr. X gaat in beroep en wijst bij het Hof van Discipline op feiten en verklaringen waaruit blijkt dat zij wel degelijk op verzoek van haar cliënte had gehandeld. Een rol als ‘buffer’ lag niet op haar weg en zou ook niet hebben gewerkt, aldus mr. X. Ze was niet star geweest, maar had haar cliënte de bescherming geboden die zij nodig had. Door wel schriftelijk met de ex in gesprek te gaan was zij juist oplossingsgericht geweest, aldus mr. X.
Ze krijgt gelijk van het Hof, dat de kernwaarde partijdigheid benadrukt. De advocaat ontvangt uitsluitend instructies van de cliënt. Diens belangen zijn bepalend, zolang daarmee de belangen van de wederpartij niet onnodig of onevenredig worden geschaad.
Mr. X heeft volgens het Hof geen grens overschreden door de ex in diens eigen belang aan te raden een advocaat te nemen. Ze had het misschien onnodig vaak herhaald, maar dat maakte het niet klachtwaardig. Ja, een advocaat moet streven naar een oplossing buiten rechte. Maar hij is en blijft partijdig. Het zoeken naar een oplossing gaat niet zover dat een advocaat als ‘buffer’ zou moeten functioneren. De klacht is ongegrond.