De Tweede Kamer debatteert binnenkort met de bewindslieden van Justitie en Veiligheid over de begroting voor volgend jaar. In de voorbereiding op dat debat wijst de NOvA de Kamerleden op de precaire positie van sociaal advocaten. ‘De verschillende onderzoeksrapporten waarin gesproken wordt over de zorgelijke tekorten in de sociale advocatuur zijn niet meer op één hand te tellen’, aldus de algemeen dekens Soeteman en Van Oers.
Weliswaar heeft het kabinet in het regeerprogramma gezegd de sociale advocatuur te versterken, maar in de justitiebegroting blijkt daar niets van, aldus de dekens. ‘Sterker nog, het ministerie bezuinigt fors op de asielrechtsbijstand (oplopend naar structureel 43,1 miljoen vanaf 2028) en zegt in de eigen begroting niks over een structurele versterking van de gefinancierde rechtsbijstand.’
Van Oers en Soeteman wijzen op de Commissie Van der Meer II, die momenteel onderzoek doet naar de herijking van de vergoedingen. ‘Het is van belang dat vóór de opvolging hiervan de toezegging wordt gedaan dat het benodigde geld zal worden vrijgemaakt’, schrijven ze.
Om te voorkomen dat er steeds opnieuw moet worden gekeken naar de uurtarieven, dienen de vergoedingen automatisch periodiek herijkt te worden, aldus de NOvA-bestuurders.
‘Met het uitblijven van benodigde investeringen en maatregelen om de terugloop van sociaal advocaten te stoppen, neemt het kabinet een bewust risico dat kwetsbare
rechtzoekenden niet de benodigde rechtsbijstand kunnen krijgen en daarmee de toegang tot het recht voor een groot aantal mensen niet langer gegarandeerd is.’