Welke bedragen zijn gemoeid met de hogere tarieven wilde Struycken niet zeggen, ondanks aandringen van Michiel van Nispen (SP). De staatssecretaris wacht eerst op de aanbevelingen van de Commissie Van der Meer II, die onderzoek doet naar de tarieven en puntentoedeling. Hij zei wel te verwachten dat er deze keer minder geld nodig is dan bij Van der Meer I, toen 127 miljoen euro extra per jaar nodig bleek.
Volgens de NSC-bewindsman kan hij op dit moment sowieso geen actie ondernemen. In de begroting 2025 van het ministerie van Justitie en Veiligheid is geen budget opgenomen voor tariefverhoging. Budgettaire aanpassingen zijn pas mogelijk in de jaarlijkse voorjaarsnota en Struycken heeft zich naar zijn zeggen te houden aan die begrotingsprocedure.
De staatssecretaris voegde daaraan toe dat de vergoedingen in de sociale advocatuur de afgelopen jaren weliswaar zijn verhoogd, ‘maar waarschijnlijk niet genoeg’. Het wachten is echter eerst op de Commissie van der Meer, aldus Struycken. ‘Ik wil wat doen, maar ik kan pas wat doen, als ik weet wat ik moet doen. Dat zal het geval zijn als de bedragen er zijn.’
De staatssecretaris wees er verder op dat alleen geld de problemen in de sociale advocatuur niet kan oplossen. Daarvoor is meer nodig, onder meer op het gebied van opleidingen om tekorten in specifieke rechtsgebieden tegen te gaan. In samenwerking met onder meer de NOvA wil Struycken ook een ‘duurzaam kantoormodel’ ontwikkelen voor de sociale advocatuur. ‘Daarbij zou ik ook willen verkennen hoe een betere mix van toevoegingen en betaald werk kan worden gecreëerd en hoe de barrières tussen de sociale en de commerciële advocatuur kunnen worden geslecht.’
Struycken beloofde de Kamer zijn visie op de sociale advocatuur uiteen te zetten in een contourenbrief. Die zal hij versturen voorafgaande aan het debat met de Kamer over de gefinancierde rechtsbijstand, dat in maart staat gepland. Het idee van VVD’er Ellian om sociale advocaten in overheidsdienst te nemen, vraagt volgens Struycken een grondiger afweging, ook ten aanzien van andere juridische beroepen. ‘Ik wil vooralsnog niet die kant op, maar voer graag de dialoog.’