De wederpartij is in hoger beroep gegaan en er ligt een memorie van grieven of een appelschrift. De vraag is dan wat de positie van de verwerende partij is en wat die zoal moet doen.
Omvang van debat in hoger beroep voor verweerder
In beginsel is het debat in hoger beroep een voortzetting van het debat in eerste aanleg, zij het met twee kanttekeningen: allereerst bepalen de grieven van de appellerende partij de omvang van het principaal appel.noot1 Dat betekent dat, als slechts tegen een deel van de in eerste aanleg behandelde geschillen wordt opgekomen, de overige geschillen alleen nog tot het debat behoren als de verwerende partij die er alsnog (door middel van grieven) bij betrekt. Denk bijvoorbeeld aan een zzp’er die loon vordert, stellende dat er sprake is van een arbeidsovereenkomst. Stel nu dat de kantonrechter een arbeidsovereenkomst heeft aangenomen, maar niet alle loon heeft toegewezen. Als de zzp’er dan in hoger beroep komt tegen de onvolledige toewijzing van het loon, dan zal de ‘werkgever’ in beginsel incidenteel appel moeten instellen tegen het oordeel dat sprake is van een arbeidsovereenkomst. Bij gebreke daarvan kan dit tussen partijen gezag van gewijsde krijgen en kan een partij dat dus tegengeworpen krijgen.noot2
Het is dus van belang voor de verwerende partij om goed na te gaan (1) wat het debat in eerste aanleg was, (2) wat de wederpartij daar concreet tegen heeft ingebracht en (3) wat dit betekent voor het debat in hoger beroep en de eigen positie als verweerder.