Op 1 maart 2020 werd het huidige stelsel van kwaliteitstoetsen voor de advocatuur van kracht. Het stelsel kent drie vormen van gestructureerde feedback: intervisie, peer review en gestructureerd intercollegiaal overleg (GIO). De toetsen beogen de kwaliteit van de advocatuur verder te verhogen.
Aan de invoering gingen jaren van discussie vooraf. De voorkeur van de algemene raad ging uit naar peer review. Een belangrijk bezwaar van het college van afgevaardigden was de mogelijke schending van privacy bij cliënten – juist bij peer review, waar advocaten elkaar inhoudelijk beoordelen op basis van dossiers.
Het Advocatenblad hield in juni een onderzoek naar de kwaliteitstoetsen voor advocaten. Ruim driehonderd advocaten vulden de vragenlijst in. Sinds de invoering van het huidige stelsel in 2020 nam 48 procent deel aan intervisie en 47 procent aan GIO. Slechts vijf procent van de respondenten zegt aan peer review te hebben gedaan.

