Mr. X was advocaat van een projectontwikkelaar, die moest zorgen dat een grote groep individuele beleggers hun aandeel in een onverdeeld stuk grond aan hem doorverkochten. Eén deelgenoot, die de projectontwikkelaar wel had gemachtigd om de ontwikkeling van de grond voor te bereiden, weigerde mee te werken aan de verkoop. Hij vond de voorwaarden niet redelijk.
De projectontwikkelaar had al vergeefs in kort geding medewerking gevorderd toen mr. X eraan te pas kwam. Mr. X voerde een tweede kort geding, waarin de projectontwikkelaar machtiging vroeg om zelf namens de deelgenoot te tekenen. Ook dit leverde niks op, en hoger beroep evenmin.
Dan mailt mr. X alle andere deelgenoten om ze te bewegen tot een ‘massaclaim’ tegen de weigeraar. In die procedure zouden de anderen dan verdeling vorderen van zijn grond.
De deelgenoot begint een tuchtzaak, met de klacht dat (o. a.) mr. X zijn belangen onnodig en/of onevenredig had geschaad door die ‘massaclaim’ te beginnen.
Berisping
De raad van discipline Arnhem-Leeuwarden vindt de ‘massaclaim’ geen probleem, maar begrijpt de klacht, gezien de schriftelijke en ter zitting gegeven toelichting, aldus dat klager mr. X verwijt dat hij (kansloze) procedures heeft gevoerd om klager onder druk te zetten om te verkopen. En daarin geeft de raad klager op één punt gelijk. Hij krijgt, mede gezien een eerdere waarschuwing, een berisping.
Mr. X gaat in beroep. Volgens hem is de raad buiten de klacht getreden. Mr. X dacht dat het alleen ging om de ‘massaclaim’ en heeft zich dus niet goed kunnen verdedigen.
Het Hof van Discipline geeft mr. X gelijk. Het Hof zelf moet uitgaan van de klacht zoals door de raad beschreven, in dit geval gebaseerd op de formulering van de deken in de aanbiedingsbrief en door klager ter zitting geaccordeerd.
De raad kan op zichzelf een klacht ambtshalve aanvullen, maar dan moet hij de gewijzigde klachtomschrijving aan partijen voorleggen en de verweerder de kans geven zich daartegen te verdedigen. Dat was hier niet gebeurd, waardoor mr. X in zijn verdediging was geschaad.
Het Hof beoordeelt vervolgens dus alleen de klacht over de ‘massaclaim’, waarbij de verloren procedures wel als achtergrond meewegen. Het stond mr. X als belangenbehartiger van de projectontwikkelaar vrij de andere deelgenoten te mailen over de ‘massaclaim’. Daarbij van belang dat die claim op een andere juridische basis rustte dan de verloren procedures. Tot een procedure over de ‘claim’ was het bovendien nooit gekomen.
Het Hof vernietigt de beslissing van de raad en verklaart de klacht alsnog ongegrond.
In de beslissing schetst het Hof het beoordelingskader met verwijzing naar eerdere jurisprudentie – een handige ‘naslaguitspraak’ dus.